Dennenmoorder
Beschrijving
Vruchtlichaam meerjarig, dik korstvormig met afstaande, halfronde, vlak, consolevormige hoed(en). Hoed 5-15 x 3-10 cm, tot 3 cm dik. Bovenzijde concentrisch gegroefd-gezoneerd, een gladde, harde korst, licht- of roodbruin tot donkerbruin of zwart, met een scherpe, witte tot roodbruine groeirand.
Buisjes per laag 3-6 mm lang, crème tot bleekoker. Poriën 3-5 per mm, rond tot hoekig, wittig tot okerkleurig. Vlees houtachtig, wittig tot crème. Geur sterk, zoetig.
Sporeekleur wit.
Voorkomen
Op stronken, stobben en stammen en aan de voet van levende naaldbomen, soms op loofbomen.
Parasitair, (Saprofiet).
Status
Algemeen.