Weerhuisje
Beschrijving
Vruchtlichaam gesloten bolvormig, met 5 tot 20 sterk hygroscopische, dikke stevige tot houtachtig harde slippen, Ø 3-12 cm. Buitenzijde grijsbruin tot donker grauwbruin of zwartbruin, vaak vlekkerig en schilferend en met zwarte vezelstrengetjes. Binnenzijde geelbruin tot zwartbruin of donker grijsbruin, met veel barsten (craquelé). Bol Ø 1-3 cm, ongesteeld, viltig tot wollig-vezelig, lichtbruin tot bruin, droog vrijwel wit tot bijna zwart, met een onregelmatige opening of enkele scheuren zonder mondzone.
Voorkomen
Op zonnige plaatsen in loofbossen en gemengde bossen, in heidevelden en wegbermen bij loofbomen (eik, beuk) op zure tot neutrale, voedselarme droge zandgronden en op mijnstorten (kalkmijdend).
Ectomycorrhizavormend.
Status
Zeer zeldzaam, Rode Lijst (Bedreigd). Meetnet.