Trechtercantharel
Beschrijving
Vruchtlichaam trompet- tot trechtervormig. Hoed Ø 2-6 cm, verdiept, glad tot schubbig, geelbruin tot donker vuilbruin, met een onregelmatig golvende rand. Onderzijde met smalle, onregelmatig vertakte, op de steel aflopende, lamelachtige lijsten, gelig tot grijsbruin.
Steel 2-10 cm x 5-10 mm, hol, gegroefd of afgeplat, vuilgeel tot olijfgeel. Vlees taai, gelig. Geur zwak. Smaak mild.
Sporeekleur gelig.
Eetbaar.
Voorkomen
Vaak in groepen bij beuk en eik in loofbossen, lanen en houtwallen op voedselarme, zure zandgrond.
Ectomycorrhizavormend.
Status
Zeldzaam, Rode Lijst (Kwetsbaar). Meetnet.